Gevraagd wordt om het verslag van de vorige zitting goed te keuren.
Beslissing: éénparig goedgekeurd
Gelet op artikel 74 van het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Gelet op het verslag van de vorige zitting in bijlage;
éénparig
Het verslag van de vorige zitting wordt goedgekeurd.
De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de jaarrekening 2024 vast voor het deel van het OCMW Hooglede.
Het geconsolideerd beschikbaar budgettair resultaat van boekjaar 2024 bedraagt € 3.964.372,07. De geconsolideerde autofinancieringsmarge van boekjaar 2024 bedraagt € 4.125.042,32.
Beslissing: éénparig goedgekeurd
Schepen Tomas De Meyer licht het agendapunt toe:
“We zien in 2024 een negatief resultaat van het boekjaar, nl. -6.149.989.
1. Beschikbaar budgettair resultaat:
We eindigen 2024 met een beschikbaar resultaat van € 3.964.372.
Eind 2021 hadden we nog een goede 12 miljoen beschikbaar, in 2024 is dat gedeeld door 4.
Het beschikbaar budgettair resultaat: daalt van € 10.394.008 in 2023 naar € 3.964.372.
2. Autofinancieringsmarge (AFM): of het lange termijn financieel evenwicht.
Eind 2024: € 4.125.042
Sedert 2023 is er aanzienlijke stijging ten gevolge van het gunstige exploitatieresultaat in 2023 en 2024.
Wel dient bij de interpretatie van dit cijfer rekening gehouden te worden met de 2 uitzonderlijke boekingen in 2024 die een belangrijke invloed hebben op de autofinancieringsmarge:
- exploitatie-ontvangst van € 3.092.363 ten gevolge van het interimdividend van Fluvius n.a.v. de overdracht van de Publi-T aandelen.
- exploitatie-uitgave van € 1.579.773 n.a.v. de correctie van het pensioenfonds van de statutaire personeelsleden
Als we deze boekingen buiten beschouwing laten, dan bekomen we een autofinancieringsmarge van € 2.612.452.
De autofinancieringsmarge van boekjaar 2023 werd beïnvloed door de uitzonderlijk hoge ontvangsten uit de personenbelasting (steden en gemeenten ontvingen in 2023 uitzonderlijk 14 maanden aan ontvangsten in plaats van 12 maanden).
De onbeschikbare gelden betreffen de aangelegde reserves voor de betaling van de eindeopstalvergoeding voor de serviceflats Zevekote en serviceflats Ter Linde.
De reserve werd in 2024 verhoogd met € 279.647.
Voor de serviceflats Zevekote dient de eindeopstalvergoeding betaald te worden in 2027 (€ 1.437.339).
De eindeopstalvergoeding voor de serviceflats Ter Linde dient betaald te worden in 2038 (€ 2.628.799).
In 2024 bedragen de exploitatie-ontvangsten € 35.962.761. Dat is een stijging met € 2.897.855 (+ 9%) t.o.v. 2023.
- aandeel gemeente: € 21.444.044 (60%)
- aandeel OCMW: € 14.518.717 (40%)
In 2023 bedroegen de exploitatie-uitgaven € 27.329.135. Deze stijgen in 2024 met 10% tot € 29.964.274:
- aandeel gemeente: € 14.489.635 (48%)
- aandeel OCMW: € 15.474.639 (52%)
Het investeringssaldo in 2024 bedraagt - € 12.425.914. De uitgaven bedroegen € 13.256.890, de ontvangsten € 830.976.
Voor een meer gedetailleerde bespreking van de cijfers wordt verwezen naar de behandeling in de gemeenteraad.”
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 78, tweede lid, 4° dat bepaalt dat de raad voor maatschappelijk welzijn bevoegd is voor het vaststellen van de beleidsrapporten vermeld in artikel 249;
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 249 en 260;
Gelet op het Besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, het laatst gewijzigd bij besluit van de Vlaamse regering van 7 september 2018 tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
Gelet op het Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningen-stelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, het laatst gewijzigd bij ministerieel besluit van 12 september 2018 tot wijziging van diverse bepalingen van het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen;
Overwegende dat het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 oplossingen aanreikt om een echt geïntegreerd lokaal sociaal beleid mogelijk te maken, met respect voor de verschillende rechtspersonen, die erbij betrokken zijn. Daaruit volgt dat de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn (OCMW) naast het gezamenlijk meerjarenplan ook een gezamenlijke jaarrekening opstellen, dat door beide raden wordt vastgesteld.
In de jaarrekening wordt het financiële evenwicht voor de twee besturen als één geheel weergegeven. Omdat elke rechtspersoon voor de eigen verplichtingen en verbintenissen blijft instaan, wordt de realisatie van de kredieten van beide entiteiten afzonderlijk weergegeven.
De vaststelling van de jaarrekening behoort tot de voorbehouden bevoegdheden van de raad. De gemeenten en de OCMW’s hebben een geïntegreerde jaarrekening, maar hebben hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn moet eerst zijn eigen deel van de jaarrekening vaststellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van de jaarrekening dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de jaarrekening definitief is vastgesteld.
De goedkeuring van de gemeenteraad is nodig omdat de gemeente volgens artikel 254 van het decreet lokaal bestuur ervoor dient te zorgen dat het OCMW dat de gemeente bedient, steeds zijn financiële verplichtingen kan nakomen.
Overwegende dat de jaarrekening bestaat uit een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting;
Overwegende dat de beleidsevaluatie van de jaarrekening het beleid weergeeft dat de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn gedurende het boekjaar hebben gevoerd en de beleidsdoelstellingen evalueert en de mate waarin ze zijn bereikt.
Overwegende dat de financiële nota van de jaarrekening de financiële gevolgen van het gevoerde beleid weergeeft en volgende rapporten omvat:
J1: Doelstellingenrekening
J2: Staat van het financieel evenwicht
Overwegende dat de toelichting van de jaarrekening alle informatie bevat over de verrichtingen in het ontwerp van jaarrekening die relevant is voor de raadsleden om met kennis van zaken een beslissing te kunnen nemen. De toelichting bevat volgende rapporten:
T1: Ontvangsten en uitgaven naar functionele aard
De documentatie bij de jaarrekening bevat minstens:
Overwegende dat het geconsolideerd beschikbaar budgettair resultaat van boekjaar 2024 € 3.964.372,07 bedraagt;
Overwegende dat de autofinancieringsmarge van boekjaar 2024 € 4.125.042,32 bedraagt;
éénparig
Artikel 1: De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de jaarrekening 2024 vast voor het deel van het OCMW Hooglede.
Art. 2: Het geconsolideerd beschikbaar budgettair resultaat van boekjaar 2024 bedraagt € 3.964.372,07. De geconsolideerde autofinancieringsmarge van boekjaar 2024 bedraagt € 4.125.042,32.
Goedkeuring wordt verleend aan het informatieveiligheidsplan 2025-2027.
Beslissing: éénparig goedgekeurd
Schepen Tomas De Meyer licht het agendapunt toe: “Gegevensuitwisseling tussen organisaties verbetert de dienstverlening, maar brengt ook privacyrisico's met zich mee, vooral door het gebruik van mobiele apparaten en internet.
Het lokaal bestuur van Hooglede moet daarom een duidelijke beveiligingsvisie ontwikkelen en bepalen wie toegang heeft tot welke gegevens.
Er zijn strenge eisen van de overheid voor de bescherming van persoonsgegevens, en het Centrum voor Cybersecurity België heeft minimale beveiligingsnormen opgesteld.
Het plan dat voorligt behandelt de regelgeving en context rondom de bescherming van persoonsgegevens en cyberveiligheid, kortom een nieuw Informatieveiligheidsplan gebaseerd op het CyberFundamentals Framework.
Dit plan, opgesteld door onze Data Protection Officer, vormt de basis voor de implementatie van beveiligingsmaatregelen in de gemeente en het OCMW van Hooglede, met een focus op naleving van de wetgeving en een centrale opvolging door de informatieveiligheidscel.
Het college van burgemeester en schepenen heeft op 19 april 2018 een Data Protection Officer aangesteld en bij deze vragen we goedkeuring voor het informatieveiligheidsplan voor de periode 2025-2027, dat is opgesteld door deze functionaris.”
Gelet op de Europese Verordening 2016/679 van 27 april 2016 betreffende de bescherming van de natuurlijke personen m.b.t. het verwerken van persoonlijke gegevens en het vrije verkeer van deze gegevens;
Gelet op de wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens;
Gelet op de Europese Artificial Intelligence Act of AI-verordening van 1 augustus 2024 dat de risico's van AI behandelt zodat het op een veilige, betrouwbare en transparante manier kan gebruikt worden;
Gelet op de Europese richtlijn NIS2 (Network and Information Security) die organisaties verplicht maatregelen te nemen om het niveau van cyberveiligheid te verhogen in Europa;
Overwegende dat gegevens meer en meer worden uitgewisseld en gedeeld door allerlei organisaties en diensten;
dat deze uitwisseling de dienstverlening naar de burger bevordert, maar tevens nieuwe risico’s voor de privacy en de bescherming van de gegevens creëert;
Overwegende dat vooral de toegenomen mobiliteit van data door middel van mobiele dragers (smartphones, laptops en tablets) en het gebruik van internet grotere risico’s met zich meebrengen;
Overwegende dat het voor het lokaal bestuur van Hooglede dan ook van het grootste belang is dat het zijn visie op beveiliging duidelijk omschrijft en bepaalt wie toegang heeft tot welke data en welke beveiligingsmaatregelen daarvoor genomen moeten worden;
Overwegende dat de Europese, federale en de Vlaamse overheid steeds strengere eisen bij het gebruik en de bescherming van persoonsgegevens stellen
Overwegende dat, naar analogie met het verplichte veiligheidsplan in het kader van welzijn op het werk en preventie van ongevallen, het openbaar bestuur wettelijk dient te beschikken over een functionaris voor gegevensbescherming en een meerjarenplan Informatieveiligheid en dat dit plan jaarlijks moet bijgewerkt worden;
Overwegende dat de federale en Vlaamse overheid deze veiligheidsplannen gericht kunnen opvragen en controleren.
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 19 april 2018 houdende de aanstelling van een Data Protection Officer (DPO);
Gelet op het informatieveiligheidsplan 2025-2027 in bijlage zoals opgesteld door de data protection officer (DPO), Andranik Grigoryan (C-smart);
éénparig
Enig artikel: Goedkeuring wordt verleend aan het informatieveiligheidsplan 2025-2027.
Raadslid Alexander Vandemaele:
“In het 'paasakkoord' van de regering De Wever is er sprake om mensen die meer dan 2 jaar werkloos zijn, hun werkloosheidsuitkering te schrappen.
Volgens een artikel op HLN zou 1/3 van deze mensen een job vinden, 1/3 zou een leefloon aanvragen bij het OCMW en 1/3 zou van de radar verdwijnen.
Schepen Frederik Demeyere geeft het volgende antwoord:
“Het kader:
Op 1 januari 2026 verliest iedereen die langer dan twee jaar werkloos is, zijn of haar uitkering. Uitzonderingen gelden enkel voor wie 55 jaar of ouder is én dertig gewerkte jaren kan voorleggen, of voor wie bezig is met een opleiding tot zorgkundige.
Concreet betekent dit dat in de loop van het najaar 100.102 mensen een brief van de RVA zullen ontvangen met de melding dat hun uitkering op 1 januari 2026 stopt. Van hen wonen 46.580 in Wallonië, 26.866 in Brussel en 26.656 in Vlaanderen.
Minister van Werk David Clarinval (MR) baseert zich op studies die voorspellen dat ongeveer een derde van deze groep opnieuw werk zal vinden, een derde zich zal wenden tot het OCMW voor een leefloon, en een derde uit de statistieken zal verdwijnen. Dat laatste gaat over mensen die geen recht hebben op een leefloon, bijvoorbeeld omdat ze samenwonen met iemand met een hoog inkomen. Deze komen dan bijvoorbeeld in ziekte of invaliditeit terecht of krijgen een FOD-uitkering ter vervanging…
Wat betekent dit voor Hooglede?
Volgens cijfers van de VDAB zijn er momenteel 169 werkzoekenden in Hooglede. Daarvan ontvangen 94 personen een werkloosheidsuitkering. Binnen die groep zijn 28 mensen al langer dan twee jaar werkloos (0,28% van de bevolking).
Op basis van de veronderstelde verdeling:
Het blijft echter moeilijk om concrete verwachtingen te formuleren. De aangehaalde studie is immers algemeen en niet toegespitst op lokale realiteit. In Hooglede lag de werkzoekendengraad in 2023 – het meest recente jaar met gemeentelijke cijfers – op 3,3%. Ter vergelijking: het gemiddelde in West-Vlaanderen bedraagt 4,4% en in Vlaanderen 4,9%. Dat betekent dat de situatie in Hooglede gunstiger is dan gemiddeld, en de impact dus mogelijk beperkter zal zijn. We blijven dit uiteraard nauwgezet opvolgen.
Wat als men aanklopt bij het OCMW?
Wie zich bij het OCMW aanmeldt, ondergaat eerst een sociaal en financieel onderzoek door een maatschappelijk werker. Om recht te hebben op een leefloon moet aan alle onderstaande voorwaarden voldaan zijn:
Dan pas kan een uitkering leefloon berekend worden. Als we even uitgaan van de 28 getroffen mensen in Hooglede van daarnet, zouden ongeveer 9 personen bij OCMW aankloppen. Maar het is niet duidelijk of deze mensen op vandaag al in begeleiding zijn of niet. Dus is dat aantal op dit ogenblik louter theoretisch. Een aangroei met 9 dossiers leefloon zou de werkdruk wel enigszins verhogen voor onze sociale dienst. (momenteel behandelen onze diensten 12 leefloondossiers)
Bovendien moeten we inzien dat de groep die bij het OCMW zal aankloppen zeer divers zal zijn:
Veel dossiers waar veel maatwerk en onderzoek in zit voor de sociale dienst.
Financieel impact?
Indien aan alle voorwaarden voldaan wordt, valt men terug op het leefloon – een minimuminkomen afhankelijk van de gezinssituatie:
Deze bedragen kunnen lager uitvallen afhankelijk van de inkomens van andere gezinsleden.
Het OCMW krijgt hiervoor toelages van de POD Maatschappelijke Integratie:
Het OCMW van Hooglede volgt leefloongerechtigden nauwgezet op via het GPMI. Daarbij wordt niet alleen administratief begeleid, maar ook sterk ingezet op activering op maat, waarbij rekening wordt gehouden met onderliggende problemen zoals psychische kwetsbaarheid of huisvesting.
In het kader van het Lokaal Activeringspact 2024 heeft het OCMW van Hooglede bovendien een aanvraag ingediend bij de Vlaamse overheid. Met dit dossier willen we extra inzetten op een versterkte activeringsaanpak, in samenwerking met DVV Midwest (Sociale Economie en Werk) en de regionale activeringsdienst.
De nodige financiële middelen om de leeflonen uit te kunnen betalen worden op vandaag door een toelage van de hogere overheid gecompenseerd. In 2024 werd er voor 180.000 euro aan leefloon uitgekeerd, waarvoor we een toelage of compensatie van de hogere overheid ontvangen van 169.000 euro. Er blijft dus een stukje van 6% dat niet door deze toelage is gedekt en dus door de gemeente zelf wordt betaald.
De verdwijnende groep ?
Zoals eerder vermeld, betreft deze groep mensen die uit de statistieken verdwijnen omdat ze geen recht hebben op een leefloon – bijvoorbeeld omdat ze samenwonen met iemand met een hoog inkomen.
Het OCMW zal echter iedere aangemelde cliënt zorgvuldig onthalen en onderzoeken, ongeacht of zij uiteindelijk recht hebben op een leefloon. Zowel wie effectief recht heeft als wie uiteindelijk niet in aanmerking komt, zal onderworpen worden aan een grondig sociaal en financieel onderzoek. Zo trachten we niemand uit beeld te verliezen.
Bovendien zijn er ook ondersteuningsmogelijkheden die niet door de hogere overheid worden gecompenseerd en die hier misschien zullen worden ingezet, wat ook een financieel verhaal met zich mee brengt.
Wat te doen?